Bij de honden herkennen we verschillende soorten vachten.
Hieronder worden de vachtsoorten kort beschreven.
De stokhaar heeft twee variëteiten, namelijk de kort stokhaar en de lang stokhaar.
Deze vachtsoort heeft een rui van de onderwol. Hier kun je de hond mee helpen door deze twee tot vier keer per jaar bij de trimsalon te laten ontwollen. De dekharen beginnen te verharen enkele weken na het verharen van de wolharen. Haren doen deze honden dus altijd en hoe lang is afhankelijk van de lengte van de vacht. Dit is te minimaliseren door ze te laten behandelen in de trimsalon.
Borsteladvies: Zo min mogelijk. Enkel met een grove kam de lange plukken achter de oren, de broek (billen) en de staart om klitvorming tegen te gaan. Geregeld borstelen stimuleert de verharing.
Kort stokhaar: Labrador Retriever, Rottweiler, Duitse Herdershond
Lang stokhaar: Samojeed, Groenendaeler, Oud Duitse Herdershond
De korthaar heeft als kenmerk dat er weinig onderwol aanwezig is. De dekharen vallen direct in de ‘oude’ vorm terug. De enkele wolharen beginnen te verharen als de lichtintensiteit toeneemt, de dekharen beginnen enkele weken daarna te verharen.
Deze honden kunnen ook naar de trimsalon. Ze gaan dan lekker in bad. Dat scheelt al heel veel haar. Door de korte vacht zijn deze haren sneller door hun groeicyclus heen en zullen meer haren dan andere vachten en geven veel haar in de omgeving.
Borsteladvies: Niet borstelen
Rassen: Manchester terrier, Whippet, Rhodesian Ridgeback, Dobermann
De langhaar heeft drie variëteiten. Namelijk de langhaar met veel wol en de langhaar met weinig wol, in de volksmond ook wel halflang haar genoemd en de langhaar zonder onderwol.
De langhaar veel wol heeft over het hele lichaam lang haar, ook op de snuit. Deze honden hebben veel volume in de vacht, door de aanwezige onderwol. Dekharen kunnen wel enkele jaren nodig zijn voordat deze zijn volledige lengte heeft behaald. Voordat zo’n dekhaar loslaat laat eerst de omliggende wol in datzelfde haarzakje losgelaten. Dit is een mozaïekverharing, deze vachten verharen altijd, maar telkens op een andere plek. Losgelaten haren kunnen voor klitvorming zorgen in deze lange vachten. Deze vachten worden in de trimsalon gewassen met zowel een shampoo als een conditioner. Tijdens het blazen worden klitten verwijderd met de punt van een grove kam (dit voorkomt onnodig beschadigen van de vacht). Het resultaat is een super gladde, luchtige, klitvrije vacht.
Borsteladvies: Een gezonde langharige vacht hoeft zeker niet elke week geborsteld/gekamd te worden. Het mooiste is om deze vachten wekelijks even door te blazen met een waterblazer, hierdoor houdt je de vacht luchtig, ontdek je kleine knoopjes die je met een punt van een grove kam of je vingers kunt ontwarrelen en houd je de vacht schoon. Bij extreem borstelen/kammen wordt de vacht beschadigd wat voor meer klitvorming zorgt. Borstelen en kammen van deze vachten vraagt om het gebruik van een goede verzorgende spray. Een beschadigde vacht kán hersteld worden, dit vergt wel tijd en een goede planning met de trimsalon.
Langhaar veel wol: Schapendoes, Bearded Collie, Afghaanse Windhond, Briard.
De langhaar weinig wol heeft de vacht op de rug glad liggen. Deze honden hebben bevedering. Deze variëteit heeft een mozaïekverharing. Dit houdt in dat de hond het hele jaar door verhaart, maar telkens op een andere plek. Bij deze vachten plukken we zoveel mogelijk oude/dode vacht eruit. Daarna modeleren we de rest bij met de effileerschaar. Deze vachten kunnen extreem op castratie reageren, hier zien we meestal erg ontplofte vachten. Het kan zijn dat we onze trimtechnieken hier op aan moeten passen.
Borsteladvies: Zo min mogelijk. Houdt enkel broek, staart, buik, borst en oren klitvrij en blijf van de rest zoveel mogelijk af. Geregeld borstelen stimuleert de verharing.
Langhaar weinig wol: Drentsche Patrijshond, Cocker Spaniels, Setters, Springer Spaniels.
De langhaar zonder onderwol heeft dezelfde kenmerken als een langhaar veel onderwol, alleen ontbreekt deze grote hoeveelheid onderwol. Hierdoor valt deze vacht sluik naar beneden.
Borsteladvies: Zie langhaar veel onderwol
Langhaar zonder onderwol: Yorkshire Terriër, Maltezer
De ruwhaar heeft als kenmerk de stugge bovenvacht met daaronder de onderwol. De bovenvacht heeft een rui, de vacht is dan ‘plukrijp’.
De onderwol verhaart bij een toename van de lichtintensiteit. Dit merk je extra als de hond net kort geplukt is en er geen bovenvacht meer zit om in te blijven hangen, daardoor valt het direct in de omgeving.
Borsteladvies: Zo min mogelijk. Baard en poten vergen wat oplettendheid ivm klitvorming.
Rassen: Airedale terrier, Border terrier, Jack Russel terrier, Cairn terrier, Westies, Schnauzers.
De kroeshaar heeft zoals de naam al zegt krullen. Deze vacht is het beste te bewerken als deze uit de krul is. De kroesvacht heeft zowel dekharen als onderwol. Deze vachten zijn vergelijkbaar met de langharig vacht qua verharing en lengte van de groeicyclus. Ze zijn vaker geschikt voor mensen met allergieën, niet omdat ze niet verharen, maar omdat de krul ervoor zorgt dat de verloren haren in de vacht blijven hangen en niet rond gaan dwarrelen in huis.
Borsteladvies: Voor deze vachten is veel borstelen ook funest. Dit beschadigd de vacht, wat voor extra klitten zorgt. Een waterblazer is aan te raden bij deze vachten. Het houdt ze schoon en luchtig. Indien borstelen toch wenselijk is, gebruik dan een goede verzorgende spray. Om deze vachten goed in conditie te houden is het aan te raden ze elke 6-10 weken langs te brengen in de salon.
Rassen: Poedel, Bedlington terrier., Bichon Frisé, Waterhonden
De vilthaar is een bijzondere vachtsoort. Deze honden hebben
vilten. Deze beginnen ± 1 cm vanaf de huid. Hierdoor verstikt de huid niet. De
vilten moet je scheuren zodat deze niet tot op de huid groeien. Qua lengte van
de groeicyclus en verharen is deze vacht vergelijkbaar met de langharige vacht.
De losse vacht zit vast in de vilten, dus veel vacht zul je niet vinden van
deze honden. Deze vilten kunnen wat ingekort worden om te voorkomen dat ze het
halve bos meenemen naar huis
Rassen: Puli, Komondor, Koordenpoedel.
De haarloze honden hebben geen tot weinig vacht. De huid vraagt
wel de nodige zorg. Zo dienen ze geregeld gescrubd te worden en behandeld te
worden met een verzorgende olie. Tegen de zon kan je ze beschermen door een
ruitje aan te doen of in te smeren met een goede zonnebrand.
Je hebt 3 verschillen stadia’s van haarloosheid. De Treu Hairless heeft de
minste beharing en is zo goed als helemaal kaal op het lichaam. De Medium
Hairless zit qua beharing tussen beide stadia’s in. Op het lichaam hebben ze
vaak wat meer haar.
De Hairy Hairless heeft een volle beharing. Ook op het lichaam worden deze
honden behaard als je ze niet bij houdt met scheren. De variëteit die wel een
volledige vacht heeft, de Chinese Naakthond Powder Puff, heeft wel de nodige
vachtverzorging nodig en is vergelijkbaar met de vacht van een langhaar.
Rassen: Peruaanse-, Mexicaanse-, Chinese Naakthond.